Kost het maken van een presentatie jou veel te veel tijd? Heb je de bibbers voordat je ‘op’ moet – of erger nog: slapeloze nachten de week ervoor? Goed nieuws: er is een simpele oplossing! Stop met voorbereiden. Doe jouw verhaal voortaan als een vrolijke vakantievertelling. Het klinkt simpel – en dat is het ook.
Heb je al eens een presentatietraining gevolgd? Misschien moet je even vergeten wat je daar hebt geleerd. Een totale reset. Je bent gewend om veel tijd te besteden aan Powerpoints en Prezi’s. Daarin staan details die een groot deel van het publiek toch niet begrijpt. Ondertussen vergeet jij als presentator vaak de echte verhaallijn. Door je op het ergste voor te bereiden, maak je jezelf steeds drukker – en zenuwachtiger. Daar wordt jouw presentatie niet beter van. Je helpt er echt niemand mee, ook jezelf niet.
Ondertussen stapelt je andere werk zich op. Geen tijd om daaraan te werken, want die presentatie… Die komt steeds dichterbij. Stress alom!
Dat ga je dus vanaf nu anders doen! Je gaat de presentatie eenvoudigweg voorbereiden in 6 stappen:
Als je op deze manier een presentatie voorbereidt, houd je tijd over. Je gaat er bovendien veel relaxter naar toe. Je bent niet meer bezig teksten en zinnen in je hoofd te stampen maar je maakt er jouw eigen verhaal van. Bovendien leer je te variëren en spelen met de inhoud. Doordat je het meer loslaat, ben je ook in staat om te improviseren.
Het zijn niet zomaar wat adviezen van de eerste de beste. Het is de aanpak die Pieter Frijters al zo’n dertig jaar predikt tijdens zijn presentatietrainingen. Een zelfbenoemde presentatie-goeroe. Frijters geeft cursussen en biedt coaching op gebied van angsten, fobieën en burn-out. Hij gaf daar ook boeken over uit. Zijn kennis en ervaring op gebied van presenteren heeft hij nu vastgelegd in zijn nieuwste boek: ‘Vroeger had ik spreekangst…‘ (affiliate).
Het is duidelijk dat de tijdgenoot van Emile Ratelband zich bij de stressbestrijding voor een presentatie meer richt op de omgevingsfactoren dan op de inhoud van de presentatie. Daarnaast toont Frijters zijn coachings-skills door in het boek veel aandacht te besteden aan het oppeppen van de lezer, ofwel de presentator in spe.
Een presentatie voorbereiden kan tientallen uren kosten. Het boek ‘Vroeger had ik spreekangst’ helpt je om de voorbereidingstijd terug te brengen en weergaloos te presenteren.
Na een hoofdstuk over wat er niet werkt, gaat het over de aanpak van spreekstress. Daarna leer je beter presenteren, door visueel te spreken, de regie te houden, je stemgebruik en non-verbale ondersteuning. Tot slot uiteraard – tegenwoordig onmisbaar – nog een paar pagina’s met tips voor online presenteren en een formule voor een succesvolle pitch.
Laten we eens kijken naar een paar interessante leermomenten uit deze bloemlezing. Laten we beginnen met stoppen. Stop met zinloze ‘wat als…’-vragen: Wat zal het publiek van mij vinden? Wat als ik blokkeer? Kan ik dit wel? Zullen ze wel naar mij luisteren? Natuurlijk kun je jezelf best eens zo’n vraag stellen. Maar als een tweede uit deze serie in je opkomt, zeg dan: STOP! Andere vraag. Stel jezelf alleen nog ‘Hoe?’-vragen. Hoe zorg ik dat de mensen naar mij luisteren? Hoe maak ik de beste verbinding met de groep? Of: hoe fijn zou het zijn als mijn presentatie meer resultaat oplevert?
Een andere ‘verwijt-vraag’ die mensen zich stellen, is de ‘Waarom’-vraag: waarom maak ik mij zo druk? Waarom doe ik zo stom? En simpelweg: Waarom heb ik dat nou altijd? De kunst is om deze waarom vragen de goede richting uit te draaien. Dus: waarom kan ik dit wel? Waarom is een presentatie geven zo leuk? En heel simpel: waarom vindt het publiek mij zo aardig?
Spreekstess ontstaat vooral door gedachten die in jouw hoofd ronddwalen. Jou ‘denkstem’ stelt je steeds vragen waardoor je steeds onzekerder wordt. Die gedachten kun je op de volgende manieren doorbreken:
Contact maken met je publiek is belangrijk. Een fout die daarbij veel wordt gemaakt is dat je mensen recht in de ogen gaat aanstaren. Dat zorgt aan beide kanten voor blokkades. Je hypnotiseert elkaar bij wijze van spreken en dat zorgt er voor dat jij de draad van je verhaal kwijtraakt en de ontvanger ook niets meer opslaat van wat jij vertelt. Maak dus gerust even oogcontact, maar laat jouw blik ook snel naar iets lager of opzij glijden.
Je comfortabel voelen tijdens een presentatie komt letterlijk vanuit je tenen en staat of valt met het lef om te durven kijken.
Veel aandacht besteedt Frijters in het boek aan het visuele proces. En daarmee bedoelt hij uiteraard niet de lay-out van de slides die je maakt voor je presentatie. Het gaat er wat hem betreft om dat je niet te veel moet uitgaan van de cognitieve aspecten. Van je verstand. Rekenen, schrijven, tekenen en bouwen zijn belangrijk, maar je zintuigen die voor visuele observatie zoeken, zijn veel belangrijker. Zijn stelling is dat je moet begrijpen dat jouw persoonlijke rekenkamer gemiddeld 40 bits per seconde kan verwerken. Jouw onderbewuste verwerkt 11,2 miljoen bits per seconde. Het visuele systeem neemt er daarvan 10 miljoen voor zijn rekening. Zijn conclusie dat het visuele systeem 25.000 maal krachtiger is dan je verstand laat zien dat rekenen toch ook wel essentieel is… 10 miljoen gedeeld door 40 is immers 250.000, tien maal zoveel. We zullen het maar op een typefout houden.
Maar goed, het gaat om de boodschap. Volgens de theorie van de expert, bepalen jouw ogen voor 90% hoe goed je je voelt. Daarom moet je deze goed gebruiken. Ervoor zorgen dat je de ruimte goed observeert, op de juiste manier contact maakt met het publiek als je de presentatie geeft. In dat opzicht is dit ook nog een serie nuttige tips, op basis van veelgemaakte fouten.
’s Werelds grootste angst is de angst van wat anderen van je vinden. Terwijl je het zelf bent die met de ogen van de ander kritisch en negatief naar zichzelf kijkt.
Door je ogen regelmatig af te wenden en omhoog of naar opzij te kijken, geef je jezelf de kans om jouw beeldbank aan te spreken. Jouw eigen visuele geheugen dat onnoemelijk veel beelden van de situatie heeft opgeslagen. Die helpen jou op weg in je verhaal. Die zorgen ook dat je meer in en over beelden gaat praten. Dat zorgt voor emotie in jouw presentatie en voorkomt dat je verzandt in een berg van data, cijfers en feiten die toch vrijwel niemand uit jouw publiek onthoudt.
Als je dat toch een goede structuur wil aanbrengen, gebruik dan de drietrapsraket in je communicatie. Al het goede komt in drieën, omdat dat ook goed te behappen is. Gebruik daarom 3 pijlers, bijvoorbeeld:
Zo blijft jouw presentatie overzichtelijk en begrijpelijk.
Het boek leest leuk en gaat af en toe wat op de Amerikaanse toer, met pseudo-psychologische pep-talk. Maar wie weet kun jij dat als presentator wel gebruiken. Voor een kleine 25 euro krijg je sowieso een hoop nuttige informatie en tips. Dat is dus zeker waar voor je geld. Als je een echt lesboek wil voor presentatie- en mediatraining, is ‘Het monster met de blauwe ogen’ een meer gestructureerd standaardwerk.
‘Vroeger had ik spreekangst’ is ook zonder meer een bijzonder boek. Het leest als een script of de notities van de trainingen die Pieter Frijters geeft. In een honderdtal (ongenummerde) paragraafjes, somt hij puntsgewijs op hoe je je slim voorbereidt op een presentatie. De 10 hoofstukken geven enige structuur aan het verhaal. Een dozijn aan quotes – allemaal van de meester zelf – die over de 154 bladzijden verspreid zijn, zetten je ook nog eens verder aan het denken. Voor wie er geen genoeg van kan krijgen, heeft de auteur bovendien een serie video’s klaargezet. Daar zie je de expert zelf beeldend aan het werk in mondelinge toelichtingen.
Geef een reactie